Een cystografie is een radiologisch onderzoek waarmee door middel van contraststof afwijkingen van de blaas of de urinewegen in beeld kunnen worden gebracht.
Een urethrografie is een zelfde soort onderzoek waarbij specifiek naar afwijkingen van de plasbuis of urethra wordt gekeken.
Hoe gebeurt dit onderzoek?
Voor het onderzoek:
- je kind moet voor het onderzoek de blaas leegplassen op het toilet
- er zal je kind worden gevraagd broek en slip uit te trekken en plaats te nemen op de onderzoekstafel
Tijdens het onderzoek:
- de plasopening wordt ontsmet
- er wordt een verdovende gel in de plasbuis ingebracht
- er wordt een fijn buisje (sonde) via de plasbuis tot in de blaas gebracht
- de blaas wordt gevuld met een vloeistof met contraststof
- nadien mag je kind rechtop zitten, zoals op een toilet, en wordt het radiografisch toestel en de opvangbeker correct gepositioneerd
- er worden radiografische foto's gemaakt van de blaas en plasbuis zowel tijdens het vullen van de blaas
- als de blaas vol is mag je kind plassen, ook dan worden radiografische foto's gemaakt
- na het plassen wordt de sonde verwijderd
Na het onderzoek:
- je kind zal moeten plassen gezien de blaas terug vol is, dit kan branderig aanvoelen of de urine kan zelfs wat bloederig zijn
- laat je kind voldoende drinken na het onderzoek om de blaas goed te spoelen en het vervelende gevoel snel kwijt te geraken
- na het onderzoek wordt meestal een antibioticum toegediend of voorgeschreven
- neem contact op met je arts als je kind plasklachten blijft ervaren meer dan 48uur na het onderzoek, of als je kind koorts krijgt
Wat kan er worden vastgesteld?
Mogelijke afwijkingen bij een urethro-cystografie:
- afwijkingen van de blaas, zoals divertikels (uitstulpingen van de blaaswand door verhoogde druk) of blaasverzakking bij vrouwen
- vesico-ureterale reflux ofwel terugvloei van urine vanuit de blaas naar de nieren
- plasbuisvernauwing of stricturen
Volg @plaspraat